..........zei hij dat iedereen moest beseffen dat er destijds nog apartheid bestond. Het was op z'n hoogtepunt. Daarna vervolgde hij zijn verhaal.
‘We voeren dus de territoriale wateren van de Republiek Zuid Afrika binnen, tegelijkertijd kwamen er twee schepen aan, ze voeren op ons af. Het was de Zuid Afrikaanse kustwacht. Een aantal manschappen van een van die boten enterde ons en pakte de kapitein op. Heel raar alsof het de normaalste zaak van de wereld was, dagelijkse praktijk. We protesteerden niet eens. De stuurman had alleen een kort gesprek met een agent op die politieboot. Vanaf de andere boot werd een loods gestuurd die ons veilig de haven binnenloodste. Daar werden we aan de ketting gelegd.
De kapitein werd twee dagen vastgehouden voordat onze ambassade hem vrij kreeg. Hij werd beschuldigd van spionage, wat wij natuurlijk belachelijk vonden. Onze kapitein kwam uit Suriname en als dat de reden was voor zijn arrestatie dan was het goed mis met de republiek. Wij lagen dus aan de ketting, wat ons de gelegenheid bood Kaapstad te bezoeken.
Sommigen van ons bezochten de zwarte hoeren in het zeeliedenkwartier. Dat waren de types van laag allooi, dacht ik,' Zeeman glimlachte, ‘Ze waren niet getrouwd en op zoek naar vertier na bijna twee weken op een schip met zes man te hebben rondgedobberd. Ik was de jongste van de bemanning en wilde nog wat zien in de wereld. Toen had je nog idealen. Ook ik ging het centrum in, maar niet met de anderen mee. Ik bekeek de stad met mijn westerse ogen en zag een op ras gebaseerde samenleving. Nee, het was geen samenleving maar een afscheiding. Je had er verschillende groepen. Hoewel ze in de minderheid waren, overheersten de blanken. Daaronder stonden de Indiërs en mulatten en helemaal onderaan de ladder van dat feodale stelsel stond de zwarte bevolking.
Ik was benieuwd hoe de onderdrukten, die je het smerige werk zag opknappen, leefden, waar en hoe ze woonden. Tot dan toe had ik alleen maar de villa's van de rijke blanken in de stad gezien. Ik nam de taxi naar ‘a quarter where the black people live.' De chauffeur begreep me niet, of hij wilde me niet begrijpen. Uiteindelijk heb ik me naar het station laten brengen en zag daar veewagons, mèt mensen,' beklemtoonde Zeeman, ‘Ik vroeg aan iemand die uitstapte waar hij vandaan kwam. Helaas verstond ook hij mij niet.'
‘Die man sprak zeker Zulu?'
‘Nee Douwe, hij sprak Zuid-Afrikaans. Het leek wel oud Nederlands. Het was in ieder geval bijna Nederlands. Ik vroeg waar die man was ingestapt, waar hij woonde. Dat heb ik geweten. Drie uur rijden per trein. Drie uur in een veewagon, want dat was het. Hij werkte voor een blanke en onderhield de goede mans huis en tuin. Ik vroeg hem of er in de buurt een wijk was dat leek op zijn stad. Maar Kaapstad scheen een blanke stad te zijn. Je moest uren reizen om te weten hoe de gediscrimineerde bevolking leeft in townships, in krottenwijken buiten de stad.
Het station benauwde me, te veel ellende, te veel mensen. Ik nam een taxi terug naar de haven. Er zaten al drie anderen in de wagen. Ieder keurig in pak, een wit overhemd met een donkere stropdas en idem colbert. Ze schenen bij elkaar te horen en toen de wagen reed was ik zo vrij te vragen wat ze deden. Ze zeiden dat ze voor zaken in Kaapstad waren. Ze moesten naar de haven voor een ‘Dutch freighter'. Ik vroeg of ze de Botany Bay bedoelden. Dat was zo. Daarna vertelde ik wat er met de kapitein is gebeurd. Een van hen gaf direct aan de chauffeur door in het centrum te stoppen. Ze zeiden ontzettend blij te zijn mij te hebben ontmoet. Want als zij zich in de haven zouden vertonen, waren ze onherroepelijk gearresteerd.
Anderhalve dag later was de kapitein vrij. Je kon aan hem zien dat hij niet goed was behandeld. Ons schip was intussen door de stuurman in gereedheid gebracht uit te varen en we kregen de volgende dag toestemming te vertrekken,' Zeeman stak wederom een sigaret aan met de peuk van de oude, ‘De volgende avond bij het avondeten vertelde de kapitein dat het kantje boord was dat die ANC-jongens er lucht van hebben gekregen.' De asbak deed zijn dienst.......
No comments:
Post a Comment